Hoe je grenzen stelt in een lange-afstand-relatie (zonder te verliezen)
- nov, 13 2025
- 0 Reacties
- Esmee van Dijk
Je zit in een hotelkamer in Bangkok, halfdronken van de mango-shake en de hitte, terwijl je vrouw in Utrecht zit met haar laptop, haar ogen rood van de moeheid, en jij denkt: Waarom voelt dit nu zo ver? Je hebt haar nog niet gezien in drie maanden. Je hebt haar stem gehoord. Je hebt haar foto’s gezien. Je hebt haar beloofd dat je alles zou doen. Maar nu? Nu voelt het alsof je beiden aan een touw trekken - en het touw is aan het breken.
Long-distance? Dat is geen romantisch filmfragment. Dat is een levensstijl die je ziel verbruikt als je niet weet hoe je grenzen stelt. En ja, ik weet waar ik het over heb. Ik heb in de afgelopen vijf jaar meer dan 140 dagen per jaar op reis geweest - Bangkok, Mexico City, Marrakesh, Praag - en ik heb drie relaties verloren omdat ik dacht dat ‘ik hou van je’ genoeg was. Het is niet genoeg. Niet als je niet weet hoe je grenzen stelt.
Wat zijn grenzen in een lange-afstand-relatie?
Grenzen zijn geen straffen. Ze zijn geen controle. Ze zijn de muur tussen jouw leven en haar leven - en als je die muur niet bouwt, dan stort alles in. Je denkt: ‘We zijn toch samen?’ Nee. Jullie zijn twee mensen die op verschillende continenten slapen, eten, denken, en soms - als je het niet goed doet - met anderen naar bed gaan. En dat is niet omdat ze je niet liefhebben. Dat is omdat jij haar geen veilige ruimte hebt gegeven.
Je grenzen zijn: Wanneer je belt, hoe vaak je text, wat je deelt, wat je niet deelt, en wat je accepteert. Niet meer. Niet minder. Geen ‘ik snap het niet’-gezeik. Geen ‘waarom ben je zo koud?’-gezeik. Gewoon: dit is wat ik nodig heb om niet te verliezen.
Hoe stel je grenzen zonder dat ze denkt dat je haar verlaat?
Je begint niet met een lijst. Je begint met een gesprek. Niet via WhatsApp. Niet met emojis. Niet met ‘ik ben moe’ als uitvlucht. Je belt haar. Of beter: je zet een video-call op. Zet je camera aan. Kijk haar in de ogen. Zeg: Ik hou van je. Maar ik heb een probleem. Ik voel me alsof ik steeds verder weg raak. Ik wil niet dat we uiteindelijk vreemden zijn.
Daarna zeg je het simpel:
- Ik bel je elke maandag en donderdag om 20:00. Geen uitzonderingen. Als ik te laat ben, zeg ik het. Als ik niet kan, zeg ik het. Geen ‘ik ben druk’-excuses.
- We sturen elke dag een foto. Niet ‘wat ik nu eet’. Een echte foto. Van mij. Van haar. Van iets wat ons beiden doet lachen. Geen memes. Geen ‘haha’-gifjes.
- Geen seksuele foto’s. Geen ‘naked selfie’s’. Niet omdat ik het niet wil, maar omdat het te veel druk maakt. Als je dat doet, dan begint het te worden: ‘waarom heb je die niet gestuurd?’, ‘waarom heb je die met hem gedeeld?’, ‘waarom ben je zo veranderd?’. Het wordt een wapen. En jij wilt geen wapen. Jij wilt een verbinding.
- Als ze iets zegt wat pijn doet - bijvoorbeeld ‘ik voel me vergeten’ - dan luister je. Niet meteen verdedigen. Niet meteen ‘ik ben toch aan het werken’. Luister. Zeg: ‘Dat klinkt pijnlijk. Vertel me meer.’
Dit kost je geen tijd. Het kost je aanwezigheid. En dat is wat ze echt wil. Niet meer sms’jes. Niet meer cadeautjes. Niet meer ‘ik heb je gemist’-berichten. Ze wil weten dat je er bent. Zelfs als je duizend kilometer verderop bent.
Waarom is dit zo populair? En waarom werkt het?
Want ja, het werkt. Ik heb het gezien. Ik heb het gedaan. Ik heb het gered.
De meeste lange-afstandrelaties sterven niet van afstand. Ze sterven van verwarring. Ze sterven omdat de ene partij denkt dat ‘elke dag bellen’ betekent dat ze verbonden zijn. En de andere denkt dat ‘elke week een video-call’ betekent dat ze genoeg is. En dan komt er een avond waarop je haar ziet met een man in de achtergrond. En dan denk je: ‘Wat is er gebeurd?’
Het is niet gebeurd. Het is ontstaan. Door een gebrek aan duidelijkheid. Door geen grenzen te stellen. Door te denken dat liefde automatisch betekent dat je alles weet. Dat is een leugen.
De meest succesvolle lange-afstandrelaties - degenen die na 2, 3, 5 jaar nog steeds samen zijn - hebben drie dingen gemeen:
- Een vast schema (niet flexibel, niet ‘als ik tijd heb’)
- Een regel: geen seksuele foto’s of flirterige berichten met anderen
- Een afspraak: elke drie maanden minstens één keer samen zijn. Niet ‘we kunnen wel eens’ - maar ‘we gaan op 15 maart naar Berlijn’.
En ja, dat kost geld. Een vlucht naar Berlijn? Gemiddeld €320 heen en terug. Een hotel? €110 per nacht. Dus €540 per keer. Dat is €2.160 per jaar. Dat is minder dan een iPhone. Maar het is meer dan je telefoon. Het is de reden dat je nog samen bent.
Waarom is dit beter dan alles wat je hebt geprobeerd?
Je hebt geprobeerd:
- Elke dag te bellen - en het werd een verplichting.
- Elke avond een ‘ik hou van je’ te sturen - en het werd een automatische bot.
- Haar te laten denken dat je ‘altijd beschikbaar’ bent - en toen begon ze te twijfelen of je echt beschikbaar was.
Je hebt geprobeerd om haar te overtuigen. Je hebt geprobeerd om haar te laten voelen dat je er bent. Maar je hebt nooit geprobeerd om haar veilig te maken.
Je grenzen maken haar veilig. Ze weet: als ik dit doe, dan gebeurt er niets slechts. Als ik dit niet doe, dan verlies ik hem. Ze heeft geen behoefte aan controle. Ze heeft behoefte aan voorspelbaarheid. En dat is wat je haar geeft.
Je geeft haar geen onzekerheid. Je geeft haar een huis. Zelfs als je er niet bent.
Welke emotie krijg je eruit?
Niet de emotie van ‘ik ben verliefd’. Niet de emotie van ‘ik mis haar’. Niet de emotie van ‘ik wil haar weer zien’.
Je krijgt de emotie van vrede.
Je kunt slapen. Je kunt reizen. Je kunt werken. Je kunt flirteren met de barkeeper in Bangkok - en je hoeft geen schuld te voelen. Want je weet: ik heb mijn grenzen gesteld. Ik heb haar veilig gemaakt. En zij weet: hij houdt van mij. Niet omdat hij alles doet. Maar omdat hij weet wat hij niet doet.
En als je eenmaal die vrede hebt, dan verandert alles. Je bent niet meer bang dat ze wegloopt. Je bent niet meer bang dat ze je vergeet. Je bent niet meer een man die probeert te bewijzen dat hij er is. Je bent een man die weet dat hij er is - en dat dat genoeg is.
Je kunt nu echt genieten. Van de stilte. Van de reis. Van de tijd. Van de ruimte. Want je weet: wat er tussen jullie is, is niet afhankelijk van afstand. Het is afhankelijk van respect. En respect wordt niet gegeven. Het wordt gebouwd. Met grenzen. Met regels. Met eenvoud.
Je bent niet verloren. Je bent alleen. En dat is een verschil.